Mondkapjesplicht en uitzondering voor mensen met een beperking of ziekte
Vanaf 1 december is het dragen van een mondkapje verplicht in publieke binnenruimtes, stationsgebouwen en luchthavens in Nederland. Voor de ggz-doelgroep kan deze nieuwe mondkapjesplicht leiden tot problemen als het dragen van een mondkapje leidt tot een vorm van (psychische) ontregeling. Hier lees je in het kort over de mondkapjesplicht die morgen ingaat en de mogelijkheden om voor ggz-cliënten in een aantal specifieke gevallen hiervan uitgezonderd te blijven.
De mondkapjesplicht is een van de maatregelen om verspreiding van het coronavirus tegen te gaan en geldt vanaf 1 december voor iedereen die een publieke binnenruimte, stationsgebouw of luchthaven wil betreden. Lees meer over de invoering van de mondkapjesplicht.
Uitzondering mondkapjesplicht vanwege beperking of ziekte
Kern van de nieuwe mondkapjesplicht is dat iedereen in Nederland verplicht is een mondkapje te dragen in “publieke binnenruimtes” zoals winkels, overheidsgebouwen, stations en vliegvelden. Als het dragen van een mondkapje niet kan vanwege een beperking of ziekte (dat kan ook een psychische aandoening zijn), dan mag een cliënt gebruik maken van de uitzonderingsregeling. Binnen deze regeling is de persoon die geen mondkapje kan dragen zelf verantwoordelijk om desgevraagd aan te tonen dat hij/zij niet kan voldoen aan de mondkapjesplicht. Er is geen norm gesteld hoe dit aan te tonen, omdat de politieke keuze is gemaakt om de uitzondering “vormvrij” te regelen. Hiervoor is gekozen vanuit het oogpunt om druk op de zorg te voorkomen.
Er wordt dus geen officiële medische verklaring gevraagd en je hoeft binnen de ggz niet voor alle cliënten die aan de uitzondering voldoen, een verklaring af te geven dat een cliënt vanwege zijn/haar aandoening niet kan voldoen aan de mondkapjesplicht. Toch kan het in individuele gevallen wel voorkomen dat cliënten zelf vragen om een verklaring van een hulpverlener. Het ministerie van VWS gaat ervan uit dat ggz-behandelaars in staat zijn een eigen professionele inschatting te maken of men aan een dergelijk verzoek van cliënt kan en wil meewerken of niet. Het staat organisaties bij zo’n verzoek ook vrij om op een alternatieve wijze cliënten te helpen aan bewijsmateriaal waarmee zij aannemelijk kunnen maken aan een handhaver dat ze vallen onder de uitzondering.
Is een 'faceshield' een alternatief?
In het gesprek tussen ministerie, handhavers en detailhandel is gebleken dat het dragen van een zogenaamd faceshield wel kan rekenen op sympathie van handhavers. Ook al valt dit juridisch gezien niet onder de definitie van een mondkapje, toch kan het in een aantal gevallen wel helpend zijn voor een cliënt als hij in plaats van een mondkapje een faceshield zou dragen. Cliënt zal met het dragen van een faceshield nog steeds moeten kunnen aantonen waarom hij/zij geen mondkapje kan dragen, maar in veel gevallen zal het vervelende situaties voorkomen. Dus mocht dit voor een deel van uw cliënten die onder de uitzondering vallen een oplossing zijn, dan kunnen zij daarvoor kiezen.
Lees de vragen en antwoorden rondom de uitzondering mondkapjesplicht op de website van de Rijksoverheid. Er wordt ook gewerkt aan een visual “uitzondering mondkapjesplicht” die bedoeld is voor professionals.