Impressie van de Studieavond Systemische Perspectieven op Jeugdcriminaliteit, wat werkt wel en wat niet?

Op donderdagavond 17 oktober jl. vond het webinar plaats 'Systemische perspectieven op jeugdcriminaliteit: wat werkt wel en wat niet?' georganiseerd door de Sectie Forensische Systeemtherapie. Dit jaarlijks terugkerende evenement combineerde wetenschap, praktijk en ervaring. Hieronder lees je een terugblik.

politie



De sectie Forensische Systeemtherapie verbindt elk jaar interessante thema’s en sprekers aan een Cruyffiaanse uitspraak. In het jaar 2024 staat de uitspraak “vaak moet er iets gebeuren, voordat er iets gebeurt” centraal. Hieronder lees je over de Sprekers en highlights van deze studieavond 'Systemische Perspectieven op Jeugdcriminaliteit, wat werkt wel en wat niet?'

 

Larissa Hoogsteder - de wetenschap 

Onze eerste spreker was Larissa Hoogsteder, bijzonder hoogleraar forensische orthopedagogische diagnostiek en behandeling en directeur behandelzaken bij de Waag. Zij deelde waardevolle inzichten vanuit de wetenschap over de effectiviteit van verschillende systemische aanpakken van jeugdcriminaliteit. Zij benadrukte dat er de afgelopen jaren sprake is van een daling in de jeugdcriminaliteitscijfers, ondanks vele negatieve mediaberichten over jeugdcriminaliteit. Een mogelijke verklaring is volgens Hoogsteder dat er in de loop der jaren een verbetering is in systemische behandelingen.

Opvallend is dat de daling mogelijk deels toegeschreven kan worden aan een toename van social media gebruik onder jongeren. Door de tijd zijn jongeren meer tijd online gaan doorbrengen, waardoor zij minder in de gelegenheid komen om crimineel gedrag te vertonen. Er is sprake van een verschuiving in het type delict dat een jongeren pleegt.  Moderne criminaliteit onder jongeren komt vaker voor zoals; sexting, sextortion, cybercriminaliteit, drugsuithalers en  explosies plaatsen. Bij de laatste twee type delicten worden jongeren veelal online “geronseld”.
Groepsdruk via social media en online gedrag kan ervoor zorgen dat jongeren eerder in criminele activiteiten mee worden getrokken. Een positieve boodschap is dat crimineel gedrag ook door social media kan worden voorkomen. Het is van cruciaal belang om als ouder betrokken te blijven bij social media gebruik van je kind.

Hoogsteder benadrukte dat systemische interventies zoals MDFT (Multidimensionele Familie Therapie) en MST (Multisysteem Therapie) effectief kunnen zijn, maar dat de effectiviteit in Europa soms minder groot is. Een mogelijke verklaring hiervoor is het verschil in onderzoeksdesigns. Zij onderstreepte het belang van de RNR-principes (Risico, Behoefte en Responsiviteitbeginsel) bij het behandelen van jeugdcriminaliteit.

Bij externaliserend gedrag van jongeren van 12 jaar en ouder staat niet alleen de opvoedcontext centraal, maar dienen de interventies zich ook te richten op de verschillende systemen waarin een jongere zich ontwikkelt. Het is van belang om deze systemische lagen zoals omgang met vrienden, gedragingen op school mee te nemen in het uitzetten van de systemische interventies. Dit in combinatie met individuele behandelinterventies. Bij kinderen tot 12 jaar kan de focus uitsluitend op de opvoedcontext worden gelegd.

drie emmers


Uit kwalitatief onderzoek komt naar voren dat een warme, empathische en niet veroordelende of defensieve houding van de therapeut een werkzaam element is. Het prioriteren van probleemgedrag waaraan gewerkt wordt (bijvoorbeeld middels de drie emmers, een interventie vanuit geweldloos verzet), kan een interventie zijn om de focus te behouden. Met de drie emmers selecteren de jongeren en ouders wat voor hun prioriteit heeft. Hiermee kan voorkomen worden dat er niet direct aan meerdere problemen gewerkt word die geen hoge prioriteit hebben. Ervaringsgerichte oefeningen zowel bij de jeugdige als bij de opvoeder zijn werkzame elementen die van toegevoegde waarde zijn. Er zijn aanwijzingen dat hechtingsgericht werken van meerwaarde kan zijn.

Ten slotte gaf Hoogsteder aan dat er meer onderzoek nodig is om de specifieke werkzame elementen binnen de systemische aanpak te identificeren en om beter te kunnen begrijpen wat wel of niet effectief is in de behandeling.


Kees Mos - de praktijk

De tweede spreker was Kees Mos, MDFT-trainer, klinisch psycholoog en supervisor cognitieve gedragstherapie. Hij gaf een boeiende en leerzame presentatie over de praktische toepasbaarheid van een bewezen effectief behandelmodel, MDFT. Mos opende met een indrukwekkend filmpje over de impact van een uithuisplaatsing van een jeugdige binnen een jeugdzorginstelling. Hoe dit vanuit perspectief van ouders ervaren wordt en wat voor impact dit heeft kwam zichtbaar naar voren. 

Mos benadrukte dat MDFT weliswaar een evidence based behandelmethode is en effectieve resultaten kan opleveren, maar dat enige nuance nodig is. Hij stelde dat geen enkele interventie op zichzelf voldoende is en dat aanvullende ondersteuning en maatwerk noodzakelijk is om daadwerkelijk verschil te kunnen maken. Mos gaf uitleg over de werkwijze vanuit MDFT: het richt zich op verschillende domeinen waaronder; het gezinssysteem, leeftijdsgenoten en externe gezinsfactoren. De interventie omvat twee sessies per week in verschillende settings en duurt doorgaans zes tot negen maanden. Binnen het traject is er aandacht voor praktische aspecten zoals; financiën en werk. De behandelsessies vinden plaats bij het gezin thuis of de omgeving van de jongere (out-reachenddit kan ook buiten de reguliere 9 tot 5 werktijden om.

Motiveren bleek een cruciaal element in het verhaal van Mos. Hij wees op het veelvoorkomende wantrouwen die jongeren en ouders richting hulpverleners kunnen ervaren. Dit maakt het opbouwen van vertrouwen en het overwinnen van gemeenschappelijke barrières zoals; schuld, schaamte, verdriet, angst en eenzaamheid essentieel. Hij benadrukte dat elke jongere en elk gezin uniek is, met hun eigen 'barcode'.

Het is van belang om de criminogene factoren te begrijpen en niet te werken vanuit standaardmodellen. Autonomie bij de jongere is cruciaal, en de eerste indruk die een hulpverlener maakt, is van groot belang. Mos sloot af met de gedachte dat een crises kansen bied. In het werken met jongeren en gezinnen gaat het er niet om met je ogen te kijken, maar met je hart. Zelfs als ouders fouten maken, zijn hun intenties goed bedoeld. Het investeren in de behandelrelatie staat voorop, waardoor vervolgens gedragsverandering kan volgen. Hij benadrukte 'the power of love' en het belang van samen ervaren, in plaats van alleen praten.


Het verhaal van een ervaringsdeskundige en zijn moeder 

Na de presentaties van Hoogsteder en Mos, kwam Anne Knook, GZ-psycholoog en MDFT-therapeut bij Hartelborgt en Fivoor, aan het woord. Zij introduceerde een moeder en haar zoon (20 jaar oud). Zij deelde hun persoonlijke ervaringen met een systemische forensische behandeling. Het was indrukwekkend en dapper dat zij hun verhaal durfden te vertellen en vertrouwen hadden in de aanwezige leden. De ervaringsdeskundige sprak openhartig over zijn verleden met drugsgebruik en drugshandel. Openhartig vertelde hij hoe hij in aanraking kwam met de politie en wat voor gevolgen zijn middelengebruik en crimineel gedrag heeft gehad op zijn leven. Hij vertelde over de weerstand die hij aanvankelijk voelde tegen hulpverlening en wat voor hem het moment was dat hij besloot om hulpverlening te accepteren. Zijn moeder deelde vanuit haar perspectief over de wanhoop, machteloosheid en het verlies van controle dat zij gedurende deze periode ervaarde. Ze benadrukte dat bij haar gezin de oprechte en persoonlijke benadering van de behandelaar helpend is geweest. Knook, hun therapeut, deelde niet alleen professionele kennis, maar ook persoonlijke verhalen, wat een diepere connectie creëerde. Knook en de moeder spraken over de kracht van de ‘taal der liefde’ en hoe belangrijk het is om je communicatie aan te passen aan de wijze waarop liefde ontvangen kan worden. De zoon beschreef hoe erkenning van zijn moeder positieve effecten had op hun relatie en de behandeling.

 

Dit namen we mee naar huis:

  • Zet de juiste zorg vanaf het begin in: start meteen met passende hulp. Bied niet eerst lichtere vormen van zorg aan, maar zet direct in op multimodale systemische hulp als dit nodig is. Dit voorkomt verergering van het probleemgedrag. Voorkomen is beter dan genezen: preventief handelen heeft een meerwaarde, bijvoorbeeld waarin er sprake is van opgroeien in armoede. Investeer in relaties: succesvolle behandeling begint met het opbouwen van vertrouwen en relaties, waarna gedragsverandering kan volgen.
  • Therapeutisch houding: belangrijkste les is wees jezelf, ga in gesprek, kletsen, leer de jongere eerst kennen, wees voorzichtig, jongeren zijn veel kwetsbaarder dan de harde buitenkant doet vermoeden.

De avond bood een waardevolle combinatie van theorie, praktijk en persoonlijke verhalen, allen gericht op het verbeteren van de aanpak van jeugdcriminaliteit vanuit een systemisch perspectief.

 

Om de avond op zijn Cruyffiaans af te sluiten: 'Voetballen is heel simpel, maar het moeilijkste wat er is, is simpel voetballen'
(Cruyff, z.d.).